Ziekte
Pogingen om het begrip ziekte te definiëren hebben nog geen eenduidig antwoord opgeleverd. Ziekte als "afwezigheid van gezondheid" stuit op problemen - de Wereldgezondheidsorganisatie-definitie van gezondheid als "Een toestand van volkomen sociaal, lichamelijk en psychisch welbevinden" sluit eigenlijk het bestaan van gezonde mensen op de planeet Aarde uit.
Indeling
Er is bovendien minstens een tweedeling nodig:
- Ziekte van een mens is een ongewenste verstoring van de normale situatie.
- "Een ziekte" als een abstract woord voor een complex van eigenschappen die zieken kunnen vertonen is een naam die ook betekenis kan hebben zonder dat er een 'lijder' aan te pas komt. Een 'kwaal'.
Ziekten in de tweede betekenis zijn bijvoorbeeld builenpest, verkoudheid, hartinfarct, maagkanker, hooikoorts, anemie, of galstenen.
Inherent aan alle zo benoemde ziekten is een moreel oordeel: men is beter af als men het niet heeft, of althans degene die het een ziekte noemt vindt dat de patiënt het beter niet kon hebben. Daarom is bijvoorbeeld "blond haar hebben" geen ziekte, wordt over "grijs haar" in sommige landen of delen daarvan (Verenigde Staten, California) al verschillend gedacht, en begint "kaalheid" steeds meer naar ziekte te neigen, zeker als het om "kaalheid bij een vrouw" gaat.
Dit morele oordeel verandert met plaats en tijd; ook ziekten zijn dus gevoelig voor modeverschijnselen, ziekten kunnen verdwijnen met veranderende inzichten en oordelen. Homoseksualiteit is anno 2002 in Nederland geen ziekte meer, maar vroeger wel, en in sommige landen is het dat nog. In de tijd van de slavernij bestond er in Amerika een ziekte die alleen onder slaven voorkwam, namelijk de neiging om steeds maar weg te willen lopen (drapetomanie). Vragen als 'is x of y een ziekte' zijn dan ook niet objectief te beantwoorden: het hangt van het oordeel van de antwoorder af. Niettemin zijn er veel ziekten waarover het gros van de wereldbevolking of althans het medisch geschoolde deel daarvan het eens is.
Kenmerkend voor een ziekte is ook dat het een zeker proces aanduidt: er is een begin, een beloop, en een eindtoestand (soms genezing, soms de dood, soms een blijvend effect op de gezondheid). In het Nederlands spraakgebruik worden aangeboren afwijkingen (bijvoorbeeld zes vingers aan een hand), ongevallen (bijvoorbeeld een gebroken been) en resttoestanden daarvan (bijvoorbeeld een beenprothese), en natuurlijke processen (bijvoorbeeld kaalheid bij mannen van middelbare leeftijd of zwangerschap bij een vrouw) meestal niet beschouwd als ziekte.
Maar wat is, bijvoorbeeld, builenpest? Is het "Hoge koorts krijgen met bobbels in de oksels, de liezen en de hals die na verloop van korte tijd openbarsten en waarbij de patiënt meestal binnen enkele dagen tot weken overlijdt"? Of is het "Gebeten worden door een rattevlo en besmet worden met een bacterie van die vlo afkomstig waarna er een sepsisbeeld met hoge koorts en lymfklierzwellingen ontstaat, gevolgd door verettering van die lymfklieren, waarbij de patiënt grote kans heeft te overlijden?" Of is het "Infectie van de mens met de bacterie yersinia pestis met wisselende klinische verschijnselen en een hoge mortaliteit"?
We zien hier een veel voorkomend verschijnsel: de betekenis van een ziektedefinitie neigt ertoe te verschuiven naarmate men meer meent te weten te komen over die ziekte. Van een puur beschrijvende definitie gaan we in de richting van een oorzakelijke definitie. Ziekten die voorheen een eenheid leken, blijken bij nader onderzoek te bestaan uit subgroepen die op belangrijke punten van elkaar verschillen. Een voorbeeld: tyfus werd later onderscheiden in buiktyfus en vlektyfus, twee geheel verschillende ziekten (vinden we nu).
Ziekten waarvan op dit moment niet zeker is of ze eigenlijk wel een samenhorende groep patiënten beschrijven, en zelfs of ze wel zelfstandig bestaansrecht hebben zijn bijvoorbeeld chronisch vermoeidheidssyndroom, fibromyalgie en RSI oftewel repetitive strain injury.
Ontstaansmechanismen
Ziekten kunnen, naast een heleboel andere manieren, naar hun ontstaansmechanisme worden ingedeeld in bijvoorbeeld:
- infectieziekten
- degeneratieve ziekten
- nieuwvormingsziekten
- aangeboren afwijkingen
- stofwisselingsziekten
- auto-immuunziekten
- parasitaire ziekten (sommige hiervan worden tot de infectieziekten gerekend)
Als het ontstaansmechanisme nog niet goed bekend is maar een aantal verschijnselen vaker samen lijkt op te treden dan door het toeval kan worden verklaard spreekt men van een syndroom.