Coxarthrose: verschil tussen versies
Regel 6: | Regel 6: | ||
== Gradaties == | == Gradaties == | ||
Volgens de Algorithm for classification of osteoarthritis of the hip, ACR-Criteria (American College of Rheumatology) | Volgens de Algorithm for classification of osteoarthritis of the hip, ACR-Criteria (American College of Rheumatology) [http://www.rheumatology.org/publications/classification/oa-hip/1991_classification_oa_hip.asp Altman et al] | ||
Er is sprake van coxarthrose bij aanwezigheid van heup pijn en minstens 2 van de 3 onderstaande items; | Er is sprake van coxarthrose bij aanwezigheid van heup pijn en minstens 2 van de 3 onderstaande items; | ||
Regel 13: | Regel 13: | ||
3. Radiographic hip joint narrowing (superior, axial, and/or medial) | 3. Radiographic hip joint narrowing (superior, axial, and/or medial) | ||
Deze classificatiemethode bevat een sensitiviteit van 89% en specificiteit van 91% | Deze classificatiemethode bevat een sensitiviteit van 89% en specificiteit van 91% | ||
Versie van 21 sep 2007 12:36
Meest bij ouderen voorkomende degeneratie van het heupgewricht, niet berustend op ontsteking, gekenmerkt door o.a. deformatie van het gewrichtsbot, abnormale botwoekering en atrofie van slijmvlies en gewrichtskraakbeen, soms gevolgd door secundaire ontsteking van het omringende weefsel, meestal verergerd door jarenlange te zware belasting van het gewricht (definitie Coëlho, zakwoordenboek der Geneeskunde)
Recentelijk is door een aantal studenten van de opleiding tot Professional Master Orthopedische Manuele Therapie een Best Practice Ontwerp beschreven voor de (manueeltherapeutische) behandeling van patienten met coxarthrose. Dit best practice ontwerp en het behandelprotocol is te vinden op www.coxarthrose.nl
Gradaties
Volgens de Algorithm for classification of osteoarthritis of the hip, ACR-Criteria (American College of Rheumatology) Altman et al
Er is sprake van coxarthrose bij aanwezigheid van heup pijn en minstens 2 van de 3 onderstaande items;
1. Erythrocyte sedimentation rate <20mm/h 2. Radiographic femoral and/or acetabular osteophytes 3. Radiographic hip joint narrowing (superior, axial, and/or medial)
Deze classificatiemethode bevat een sensitiviteit van 89% en specificiteit van 91%