Abductie
Beschrijving van bewegingen in de anatomie | |
---|---|
In frontaal vlak: | Abductie - Adductie |
Lateroflexie | |
In sagittaal vlak: | Flexie - Extensie |
Anteflexie - Retroflexie | |
Plantairflexie/Palmairflexie - Dorsaalflexie | |
In transversaal vlak: | Endorotatie - Exorotatie |
Bewegingen van de schoudergordel: | Protractie - Retractie |
Elevatie - Depressie | |
Laterorotatie - Mediorotatie | |
Overig: | Pronatie - Supinatie |
Eversie - Inversie | |
Radiaalabductie - Ulnairabductie | |
Circumductie |
De term abductie is één van de termen die binnen de functionele anatomie gebruikt wordt om een beweging in een gewricht te beschrijven. Deze termen zijn, als onderdeel van de zogenaamde descriptieve termen, onderdeel van de internationaal aanvaarde nomenclatuur van de anatomie.
Men spreekt van abductie wanneer er vanuit de neutrale uitgangshouding (de anatomische houding) een beweging wordt uitgevoerd waarbij een ledemaat in het frontale vlak (dus zijwaarts) van het lichaam af wordt bewogen.
Abductie kan plaats vinden in het schoudergewricht en het heupgewricht. In het polsgewricht wordt soms gesproken van ulnaire abductie of radiale abductie, naar gelang de kant van de onderarm (ulna of radius) waar heen wordt bewogen.
Het tegenovergestelde van abductie is adductie.