Botbreuk

Uit FysioPedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Een botbreuk of fractuur is het onderbreken van de continuïteit van het bot. Het kan gaan om een scheur in het bot, maar ook het volledig in stukken gebroken zijn van het bot.

Oorzaken

De oorzaken van botbreuken zijn onder te verdelen in twee grote categorieën. Enerzijds ten gevolge van grote externe krachten (bijvoorbeeld ongeval) die op het bot uitgeoefend worden en waartegen het bot niet bestand is. Anderzijds kan er een pathologie van het bot aanwezig zijn waardoor het bot zo broos wordt dat het breekt onder invloed van normale krachten zoals wandelen en rechtstaan (bijvoorbeeld bij osteoporose, botmetastase).

Indelingen

Breuklijnen

Afhankelijk van de soort kracht die aan de oorzaak lag van een breuk, ziet men dat de breuklijn verschillend is.

  • Flexiekracht op de dwarse lengte van het bot
→ dwarse breuk
→ schuine breuk
  • Rotatiekracht op het bot (bijvoorbeeld bij skiën wanneer het onderbeen vasthangt maar het lichaam nog een draaibeweging maakt)
→ helicoïdale (spiroïde) breuk
  • Compressiekracht (indrukking)
compressiefractuur of impactiefractuur (bijvoorbeeld wervels bij val)
impactie (indeuking van het bot wanneer hierop rechtstreeks een slag komt)
  • Trekkracht op ligament
avulsie (doordat het ligament meer trekkracht kan verdragen, zal eerder een stuk bot afscheuren dan het ligament)

Open versus gesloten

Een open breuk is een breuk waarbij het bot niet langer volledig omgeven is door de omliggende weke weefsels (als spieren, vet en huid), maar waarbij het bot rechtstreeks aan de buitenwereld bloot staat.
Een gesloten breuk is een breuk van het bot, waarbij huid en omliggend weefsel ononderbroken is gebleven. Het weke weefsel kan wel beschadiging hebben opgelopen, maar het bot staat niet rechtstreeks in verbinding met de buitenwereld.

Dit heeft tot gevolg dat een open breuk rechtstreeks in contact kan komen met kiemen die een infectie kunnen veroorzaken. Bijkomend probleem is dat het botweefsel maar weinig bevloeid wordt en dus slecht bestand is tegen besmetting. Het kan niet rekenen op de goede humorale verdediging vanuit het bloed. Een open breuk loopt dus een groot risico op infectie en dient dus steeds preventief behandeld te worden met antibiotica. Nog een laatste bijkomend probleem bij open botbreuken is de tragere botheling omdat er zich geen hematoom kan vormen ter bevordering van de callusvorming (zie verder).

Complexiteit van de breuk

Een breuk kan enkelvoudig zijn, met andere woorden is er slechts één breuk in het botsegment.
Bij de meervoudige breuken onderscheidt men:

  1. de bifocale breuken; dit zijn twee breuken in hetzelfde bot.
  2. de multifocale breuken; minstens drie breuken in hetzelfde bot.
  3. de comminutieve breuken; verbrijzeling van het bot met zeer veel fragmenten.

Een breuk kan ook articulair zijn; hierbij loopt de breuklijn door een gewricht. Deze breuk vraagt extra aandacht omdat de botstukken zeer nauwkeurig aan elkaar moeten groeien om beschadiging van het gewricht te vermijden door incongruentie van de gewrichtsoppervlakken.
Verder kan een breuk ook geassocieerde letsels (bijvoorbeeld vaat- of zenuwletsels) vertonen die bepalend zullen zijn voor de functionele prognose. Dit zijn de vooruitzichten betreffende de functie van het beschadigde lichaamsdeel.

Botheling

De botheling kan op twee manieren geschieden:

Genezing per primam waarbij er geen callusvorming optreedt (zie verder), maar waarbij de botstukken heelkundig aan elkaar gezet worden met behulp van platen en schroeven (zie orthopedie).
Genezing per secundam waarbij er een natuurlijk genezingsproces van het bot plaatsvindt met callusvorming.

Zie botheling.